- Nieuws
- Welkom
- Het Woud
- Agenda 2025
-
Ambachten
- Alchemist
- Ambachtelijk St. Thomas Gilde >
- Bandweven >
- Bier brouwen
- Bode >
- Bontwerker >
- Boog maken
- Borduurwerk >
- Bourrelet maken
- Breien >
- Couvre-chef maken
- Drievingerwant
- Geneeskruiden
- Hoeden maken >
- Hout bewerken >
- Juwelier >
- Kaartweven
- Koperslager >
- Lantaarnmaker
- Leerwerk >
- losse mouwen
- Maliënmaker
- Mandenmaker
- Marktkooplui
- Miniaturist
- Muurschilder
- Ondergoed
- Pottenbakker >
- Riemensnijder
- Schilder
- Schoenmaker >
- Schrijver
- Tekenaar met zilverstift
- Tenten maken
- Torenblazer
- Trippenmaker
- Tuigenmaker >
- Wapensmid >
- Weven
- Wol verven
- Ark van Noach
-
Erfgoedbreed
- Aaltense Goor
- Achterhoekse vlag
- Buitenmuseum Lochem
- Cruydthof Ammersoyen
- Emilie und Hans Stratmans Stiftung
- Ere wie ere toekomt
- Heggenvlechters
- Heroïsche heilige
- Icoonlandschap 4
- Klooster Sibculo
- Kracht van kronieken
- Kroonluchter top 100
- Kruidentuin Stein
- Middeleeuwen in scherven
- Nijenbeek kasteelruïne
- Paradijstuin
- Roots of the Queen
- Stad Staverden
- Stichtse Landbrief
- De Hoge Berg, Texel
- De rode ridder
- De eenhoorn achterna
- Wapenkamer Ammersoyen
- Wapentableau
- Erepodium Maelwael
- Evenementenarchief
- Gouda 750 jaar Stad
- Getijdenboek
- Hertog Willem
- Historie van Gelre
-
Maelwael Lymborch
- Atelier actief
- Beeldtaal
- Crécy 1346
- Cryptisch schrift >
- Driekoningen
- Gebarentaal
- Gebr.van Lymborch
- Grassi's schetsboek
- Gulzigheid
- Handschoenen
- Hernoemd tot Van Lymborch
- Kindermoord
- Koudste maand
- Maand van Mars
- 1 Mei - lenterit
- Muzikaal onthaal
- Nieuwjaarsdag
- Nijmegen ca. 1400
- Paard en mens
- Pelgrimskruik
- Profiel-portretten
- Sergent d'armes.
- sprekende kleuren
- Steenbok
- toernooischild
- Valkenjacht vlnr
- Veelzijdige paarden
- Wanten
-
Maria van Gelre
- Jaarboek Kostuum 2019
- Biografie Marie d'Harcourt
- Ceintuur geborduurd
- Bruidsschat op de pof
- Eelt op je knieën
- Eerste Kerstdag
- Engelen bij Maria
- Gebedenboek Maria van Gelre
- Hand van de meester
- Hermelijn
- Hofmakerij in Gelre
- Hortus conclusus
- Houppelande
- Houppelande ontleed
- Imitatio Mariae
- Mariabeeld Renkum >
- Maria van Gelre on tour >
- Maria van Gelre's ceintuur
- Maria van Gelre's kerkschat
- Maria van Gelre's gordel
- Onder de loep nemen
- Paard en tuig
- Parel symboliek
- Pluim op je hoed
- Reinald IV
- Renkums borduursel
- Riem onder het hart
- Rozet van parels
- Ten voeten uit
- Viking roots
- Zo blank als sneeuw
- Media
-
Onderzoek
- bellenville ook gelders
- Charles d'Orléans >
- DNA & eiwit research
- DNA / eiwit research 2
- Donor onbekend
- Elburg ideaalstad
- Festina lente
- Gouden zegel Karel IV
- Handgebaar
- Het Middeleeuwse Banket
- honi soit qui mal y pense
- In amazonezit
- Kroniek van Froissart
- Laudate
- Maria van Brabant
- Meisje met de parel
- Herder met hoorn
- Midwinterhoorn
- Sint Nicolaas
- Stekeligheden
- Vlindermadonna van dichtbij
- Vorstelijke bontmuts
- Vroom keramiek
- Wat een kers niet vermag
- Personages
- Projecten 2005-22
-
Publicaties
- Catalogus 'Ik, Maria van Gelre'
- Edelman Bedelman
- De gebroeders Van Limburg
- Guillaume Machaut
- Grondleggers schilderkunst
- De hand van de meester
- Jaarboek 2023
- Jaarboek Gelre CXI
- Kastelen in Gelderland
- Maelwael Van Lymborch
- The making of... Magazine 600
- Maria van Gelre 1380-1429
- Middeleeuws koken >
- Negen Besten
- Op reis en aan tafel met Katherina van Kleef 1417
- Stoute schoenen
- Het verleden op je bord
- Het Woud der Verwachting
- Ridders van Gelre >
- Symbolen van Gelre
- Valkenjacht
- Voor het noenmaal..
- Donateur worden
- Contact
- Nieuwsbrief
- Mandenmaker
Keramiek als collectief geheugen
Onze ingebakken volksaard - devotie uit de oven / Atelier Able
Nederlanders worden wel eens voor Calvinisten uitgemaakt, een titel die met soberheid en zuinigheid wordt geassocieerd. Of Nederlanders werkelijk zo sober zijn en of soberheid echt iets te maken heeft met Johannes Calvijn valt te bezien.
Het grootste museum van Nederland – het collectief van witgekalkte middeleeuwse kerken – is de stille getuige van een religieuze botsing die in de 16de eeuw plaatsvond en waar Calvijn een belangrijke rol in speelde. |
Want onder die kalklaag in de middeleeuwse kerken komen vaak flarden van een totaal ander karakter tevoorschijn. Het Calvinisme heeft wortel geschoten in een bodem waarin een vergeten volksaard verstopt zit. Het leven was in de middeleeuwen doordrenkt van een Christelijke beeldcultuur en symboliek. Van muurschilderingen en glas-in-lood ramen in de kerk tot vrome plaatjes thuis aan de wand, van pelgrims-insignes tot en met de inhoud van de servieskast. Over dat serviesgoed en ander keramiek gaan we het nu hebben.
|
Slibaardewerk / de techniek
De keramische getuigen van een devote katholieke bevolking komen in zeer uiteenlopende vormen voor, zelfs als we ons beperken tot de Nederlandse bodem. Laten we beginnen bij het rode aardewerk dat in het huidige Nederland werd geproduceerd. Dit aardewerk leende zich door zijn kleur goed voor decoraties met witte klei. In combinatie met een honinggeel loodglazuur en hier en daar een spetter kopergroen was het voor de pottenbakkers een perfect palet om eenvoudige maar treffende religieuze tekeningen te maken. Neem bijvoorbeeld deze schotel uit Dordrecht (afb.1). In eerste instantie werden dit soort schotels op de pottenbakkersschijf gedraaid met roodbakkende klei.
Op het moment dat de klei halfhard was – pottenbakkers noemen dit leerhard – werd de schotel voorzien van drie vinvormige voetjes en de bovenkant bedekt met een dun laagje witte kleipap. |
|
Slibaardewerk / letters en woorden
Letters en woorden vormen op het slibaardewerk een terugkerend motief. De naam die verreweg het meest voorkomt is Maria, soms in combinatie met Ave of zelfs met een heel vers, zoals op deze voetschotel (afb.2). In het midden staat O Maria en daaromheen o mater dey memento mei: O, Moeder van God, denk aan mij. Het is de afsluitende strofe uit een beroemd motet gecomponeerd door Josquin des Prez. |
Hetzelfde vers staat op een kookpot (afb.3), gevonden in Middelburg. Deze pot draagt de tekst: O Mater dei n memento me. De n hoort eigenlijk niet thuis in dit vers, vermoedelijk was de pottenbakker hier begonnen met het woord memento maar bedacht zich, toen dat oor hem in de weg zat – memento staat dan ook aan de andere kant van het oor.
|
Ook op een vloertegel komen we deze spreuk tegen. Op dit fragment is nog net “emento” leesbaar (afb.4). De letters IHS in het midden staan voor de eerste drie letters van de Griekse spelling van Jezus’ naam.
|
Soms is het voor onze moderne ogen niet direct duidelijk dat een schotel religieus van aard is. De vis is als symbool nog steeds in gebruik. In de Oudheid was dit bij Christenen een geheim herkenningsteken. Hierachter schuilt een ingewikkeld woordspel.
|
Slibaardewerk / christelijke symboliek
|
Vis is in het Grieks ichtus. De letters van dit woord kunnen worden gelezen als initialen voor Iesous Christos Theou (h)Uios Soter, wat zoveel betekent als: Jezus de gezalfde, zoon van God en redder. Het symbool van de drie vissen (afb.5) verenigt ichtus met het concept van de heilige drie-eenheid. Op sommige schotels zijn nog meer symbolen gecombineerd en soms zodanig dat je je kan afvragen of er nog een samenhang is. Op deze schotel (afb.6) bijvoorbeeld kreeg de vis gezelschap van een tang met daarin de borst van Sint Agatha (zij werd om haar geloof gemarteld en haar borsten werden afgeknepen), het profiel van een nar (de tegenhanger van de moraal), een ichtus en opnieuw de naam Maria. Middeleeuws keramiek laat nog tal van andere symbolen zien en ook een hele dierentuin. Welke dieren wel en welke dieren niet een symbolische of christelijke betekenis moesten overdragen, is soms moeilijk te bepalen. |
Pelgrimshoorns
Dit slibaardewerk werd dus op Nederlandse bodem gemaakt, maar er kwam ook vroom keramiek van elders. Een bijzondere groep importkeramiek bestaat uit pelgrimshoorns of Akenhoorns. Mensen die een pelgrimstocht naar Aken ondernamen, konden daar in de omgeving een hoorn van aardewerk aanschaffen. Tijdens het tonen van de belangrijke Akense relieken maakte het publiek een enorm kabaal en daarbij werd op hoorns geblazen. De naam Akenhoorn suggereert dat deze traditie alleen in Aken gangbaar was maar ook in andere steden werd bij het tonen van relieken op hoorns geblazen, onder andere in Maastricht en in Kornelimünster, Mont-Saint-Michel en Larchant. |
De hoorns die in Nederland worden teruggevonden laten zien dat er uiteenlopende modellen en formaten in omloop zijn geweest. Zo waren er gebogen hoorns zoals dit exemplaar (afb.7) gevonden bij Nijmegen in de Waal en te dateren als 15de-eeuws. Later kwamen er hoorns in zwang in de vorm van een dunne opgerolde buis. Een klein voorbeeld van zo’n hoorn is te bewonderen in het Museum de Waag in Deventer. Dit exemplaar dateert waarschijnlijk uit de 16de eeuw (afb.8), net als de hoorn uit Middelburg die veel weg heeft van een trompet (afb.9). De verbinding tussen de bedevaartsoorden en de keramiekhoorns kan niet altijd worden aangetoond. Een monogram zoals op deze uit Breda afkomstige kelk is daarom buitengewoon behulpzaam om de religieuze functie van de hoorn aan te tonen (afb.10). |
Majolica
Een tikje exotischer dan de pelgrimshoorn is het middeleeuwse majolica. Een prachtig voorbeeld is deze kom die in Oud-Krabbendijke uit de bodem is gekomen (afb.11), die naar alle waarschijnlijkheid gemaakt is in Valencia, Spanje. Het aardewerk is wit geglazuurd en voorzien van een schildering in kobaltblauw en goud. Dit keramiek moest maar liefst drie keer gebakken worden voordat het af was: één keer zonder glazuur, één keer met het witte tinglazuur en het kobalt en een derde maal met het goudluster, want het goud diende op een lagere temperatuur gestookt te worden. |
Een andere majolica schotel uit Nederlandse bodem draagt in het midden het IHS-symbool en rondom de tekst Ave Maria gra (tia) plena: Wees gegroet, Maria, vol van genade (afb.12). Deze Spaanse schotel, nu in het stadsdepot Dordrecht, is bij een opgraving bij het
Huis te Merwede gevonden. Majolica was in de middeleeuwen luxeaardewerk: de materialen waren relatief kostbaar, het bonte uiterlijk was modieus.Het moest helemaal uit het Middellandse Zeegebied komen. Majolica kannen en potten waren in de 15de eeuw dan ook een populair decorstuk bij de Vlaamse meesters. Zij lieten zulke majolica kannen in hun werk figureren, bijvoorbeeld als bloemenvaas in een annunciatie o.a. met de Madonnalelie. |
Pijpaarden heiligenbeelden
Maar laten we terugkeren naar de Noordelijke Nederlanden. Als er één soort inlands keramiek is, dat in artistiek opzicht kan opboksen tegen de bonte majolica, dan zijn het wel pijpaarden heiligenbeelden. Deze kunstwerkjes worden overal in Nederland opgegraven. Een prachtig voorbeeld van een beeldje van pijpaarde is deze apostel Johannes (afb.13). Het werd teruggevonden in een beerput op de voormalige locatie van het Agnietenconvent aan de Vloeddijk in Kampen. Het fijnzinnig gevormde figuurtje maakte deel uit van een zogenaamde Calvariegroep, een beeldengroep met in het midden Christus aan het kruis, rechts van hem Maria en links deze treurende Johannes. Als je naar de gedetailleerde plooival van de stof en de fijntjes uitgewerkte gezichtsuitdrukking kijkt, zou je kunnen denken dat deze beelden alleen bestemd waren voor de rijken. Niets is echter minder waar. Ze werden buitengewoon efficiënt vervaardigd, namelijk door middel van aardewerk mallen. Met één mal konden dus talrijke beeldjes worden gemaakt waardoor met name de kleinere beeldjes heel betaalbaar moeten zijn geweest. Voor een kijkje in het productieproces van pijpaarden heiligenbeeldjes, KLIK HIER |
Overigens waren niet alle pijpaarden beelden voor een appel en een ei op de markt te koop. De beschildering kon de prijs opdrijven, met name als men bladgoud en dure pigmenten had gebruikt. Verder waren sommige beelden en reliëfs behoorlijk aan de maat. Deze waren waarschijnlijk bedoeld voor kapellen of kerken en niet voor huiselijk gebruik. Pijpaarden Madonna uit het Catharijneconvent Museum Catharijneconvent heeft een fenomenaal gedetailleerd reliëf in de collectie dat bijna 43 cm hoog is met een afbeelding van Maria met kind en een aardige hoeveelheid tekst (afb.14). Het werd zo goed als zeker in Utrecht vervaardigd en dateert uit het midden van de 15de eeuw. Rondom deze Madonna staat een Latijnse tekst maar op de onderste rand staat: O goedertierenste, o sachtmodghe, o soete Maria, bit den Her vor ons en op de aureolen staat bij Maria: Chegrutsistu sternne des meers, goeds moeder en bij Jezus: O Iesu verlosser der meschen. |
Sporen van polychromie op Catharina van Alexandrië uit 's Hertogenbosch
Een misverstand dat de pijpaarden beelden kunnen oproepen is het idee dat ze wit horen te zijn. Meestal komen ze kaal uit de bodem maar zo nu en dan worden er sporen van polychromie op het aardewerk aangetroffen. Bijvoorbeeld op dit beeldje van Catharina van Alexandrië dat in ’s Hertogenbosch werd gevonden. Hierop zijn nog sporen zichtbaar van het rode pigment en hier en daar ook wat blauw (afb.15). Een voorwerp dat makkelijk zou kunnen worden aangezien voor een product uit de pijpaarden beelden industrie is de mal uit Den Bosch (afb.16). In deze mal is met haarfijne details het Laatste Avondmaal minutieus uitgebeeld. De mal meet slechts 9,8 cm in diameter. De website van Erfgoed 's-Hertogenbosch vertelt niet waar de mal voor bedoeld was, maar een vergelijkbare mal met een afbeelding van een moriskendans uit de omgeving van Hoorn wordt in “Bethlehem in de Bangert” door Christiaan Schrickx uitgebreid behandeld en overtuigend als mal voor feestkoeken bestempeld. Hiermee kon dus niet alleen een gedetailleerd maar ook een eetbaar laatste avondmaal worden gemaakt. KLIK HIER! |
Rijnlands steengoed
Nu we het toch over reliëfs hebben kunnen we ook eens kijken naar versieringen op bekers en kannen uit uit productiecentra in het Rijnland, o.a. Siegburg. Keramiek uit die regio werd in de late middeleeuwen immens populair omdat de scherf niet poreus was zoals de wanden van ons eigen aardewerk, maar keihard gebakken en waterdicht. Dit soort keramiek noemen we daarom steengoed. Op het steengoed werden in de loop van de tijd steeds vaker decoraties aangebracht. Sommige daarvan hadden een religieus karakter, zoals een fragment uit Roermond (afb.17) laat zien. Het figuurtje ziet eruit als een pelgrim; het zou wel eens de apostel Jacobus kunnen voorstellen. De scherf dateert uit het laatste kwart van de 14de of het eerste kwart van de 15de eeuw. |
Veel frequenter dan andere heiligen komen we Maria op het Rijnlandse steengoed tegen, meestal als Madonna met Kind op de arm. Atelier Able maakte naar voorbeeld van zo’n bekertje uit Keulen een serie replica’s (afbn.18/19). Daardoor krijgen we nu een uniek kijkje in het productieproces van de Maria-bekers. Om te beginnen werden de bekers op de pottenbakkersschijf gedraaid, precies zoals het andere drinkgerei van steengoed. Als de klei leerhard was, werd het voetje van de beker met de vingers in vorm geknepen en daarna werd door middel van een aardewerk stempel de Mariafiguur driemaal rondom op de wand van de beker aangebracht. In deze foto is het aardewerk stempel te zien dat Atelier Able maakte met daarnaast een afdruk (afb.20ab). De beker wordt na het drogen boven de 1200° Celcius gebakken in een houtoven. Ziehier het resultaat.
|
Hoogversierd Vlaams aardewerk:
de Driekoningen-kan Nu rest ons nog te vertellen dat het middeleeuwse keramiek zo’n verscheidenheid kent dat het lastig is om alles te kennen, laat staan te noemen, dat relevant is voor dit thema. Dit komt niet alleen omdat er veel verloren is gegaan maar ook omdat veel stukken uniek zijn en makkelijk over het hoofd kunnen worden gezien. Als toegift wil ik daarom graag nog deze kan laten zien die zich tegenwoordig in de collectie van het museum Boijmans Van Beuningen bevindt, een uniek en zeer bijzonder stuk (afb.21). De kan is gedraaid van roodbakkend aardwerk en daarna voorzien van handgeboetseerde figuren met een laagje witte kleipap eroverheen. De kan is bedekt met een honinggeel loodglazuur met hier en daar spatten kopergroen en donkere plekken die met ijzeroxide zijn gekleurd. |
De Driekoningenkan dankt zijn naam aan de drie figuren die op deze foto zichtbaar zijn. Aan de andere kant van de kan zijn nog een paar narachtige figuren te zien, een hond en iets wat lijkt op een boom. Volgens de beschrijving betreft het hier een kan van Hoogversierd Vlaams aardewerk. De kan werd gevonden in Reimerswaal en wordt gedateerd in de tweede helft van de 14de eeuw.
|
Nu we al dit religieuze keramiek hebben bekeken, ziet het er naar uit dat onze voorouders niet bijzonder sober waren. Zij hadden in ieder geval geen afkeer van religieuze beelden. De Reformatie begon dan ook pas later, in de 16de eeuw. Calvijn schreef:
En wat zijn de schilderstukken of de beelden, die zij de heiligen wijden, anders dan toonbeelden van een zeer verdorven weelde en onreinheid?*) Het is interessant om te filosoferen over de vraag of het Calvinisme Nederland aan zijn sobere aard heeft geholpen. Om deze vraag te beantwoorden is echter een diepgravend onderzoek nodig, ook naar de periode na Calvijn. En uiteindelijk is het dan nog maar de vraag hoe nuchter en sober wij tegenwoordig zijn.... *) Johannes Calvijn, Institutie of Onderwijzing in de Christelijke Religie.Vertaling Dr. A.Sizoo; Stg. De Gihonbron, Middelburg 2006
|